De aardlekschakelaar

De aardlekschakelaar is het grote blok links en de groepenkast, het kleinere blok rechts in de groepenkast is nog steeds de zekering.

De aardlekschakelaar meet het verschil in stroom tussen faseleider (bruin) en nulleider (blauw). Is het verschil in stroom groter dan 30 mA (milliampère) dan schakelt de aardlekschakelaar af. In een normale situatie (plaatje 1 van de vorige pagina) vloeit de stroom van generator - door bruin - door aardlekschakelaar door zekering - door lamp - door blauw - door aardlekschakelaar - naar generator. Gesloten stroomkring en de aardlekschakelaar meet 0 mA verschil tussen bruin en blauw. We nemen nu even aan dat er 10 A vloeit in deze stroomkring.

Komt het menselijk lichaam (vierkantje links naast lamp) toch onder spanning te staan door bijv. een defecte stekker of een inkeping in een snoer dan vloeit er door het menselijk lichaam stroom van bruin - menselijk lichaam - aardkorst - aardpen - klein stukje blauw - generator - bruin - aardlekschakelaar - bruin (tweede gesloten stroomkring). Het grootste stuk blauwe draad (incl. aardlekschakelaar) doet niet mee in deze tweede stroomkring. We nemen nu even aan dat er 40 mA vloeit in deze tweede stroomkring.

Door de bruine draad in de aardlekschakelaar vloeit nu 10A + 0,04A = 10,04A
Door de blauwe draad in de aardlekschakelaar vloeit alleen 10A

De aardlekschakelaar meet nu een verschil tussen bruin en blauw van 40 mA en zal de spanning afschakelen omdat zijn waarde van 30 mA overschreden wordt.

De waarde van 30 mA is een heel bewuste keuze, meer dan 40 mA stroom door ons lichaam is dodelijk. Zouden we de waarde lager kiezen dan komt de bedrijfszekerheid van onze stroomvoorziening in gevaar omdat de aardlekschakelaar teveel zou aanspreken t.g.v. allerlei kleine lekstroompjes in met name warmwatertoestellen (boilers, wasmachines) en computerapparatuur.

4x veiligheid

We hebben nu 3 veiligheden in ons systeem ingebouwd
1) Fundamentele isolatie (snoerisolatie, het kunststof van een stekker of kroonsteen)
1a) bij klasse2 apparatuur het tweede kunststof omhulsel,

2) Een zekering (of installatie-automaat) in combinatie met randaarde in geval van metalen omhulsels

3) de aardlekschakelaar in geval dat we, ondanks alle maatregelen, toch onder spanning komen.

4) potentiaalvereffening (wat verderop behandeld zal worden)

Elk woonhuis in Nederland vertrouwd op de eerste 3 veiligheden. In de badkamer, wat door het vocht en nattigheid als een gevaarlijke situatie word gezien, worden de eerste 3 veiligheden aangevuld met veiligheid nummer 4. Gezien het feit dat er weinig ongelukken gebeuren met elektriciteit is dit systeem van 3 of 4 veilgheden veilig te noemen. Ons stalen schip kunnen we hetzelfde beschouwen als de badkamer bij ons in huis, geleidende wanden en vloeren aangevuld met vocht of nattigheid. Vandaar dat er op een schip 4 veiligheden noodzakelijk zijn.

Vorige pagina Volgende pagina